Menu

Minder vacatures in de kinderopvang

De personeelstekorten in de kinderopvang lijken te stabiliseren, zoals demissionair minister Karien van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Kamer heeft gemeld. Er is sprake van een afname in het aantal vacatures in de kinderopvangsector, wat wijst op een positieve ontwikkeling. Ondanks deze stabilisatie moeten echter nog steeds ouders langer dan drie maanden wachten op een plek voor hun kind.

De schattingen tot en met 2026 laten zien dat er een tekort blijft van zesduizend medewerkers in de kinderopvang. Het ministerie verwacht dat de tekorten vanaf 2027 weer zullen toenemen, met als oorzaak het plan om de opvang bijna gratis te maken. Het is van groot belang om samen met de sector oplossingen te bedenken om nieuw personeel aan te trekken en huidige werknemers te behouden, om zo de wachttijden voor ouders te verkorten.

Belangrijkste bevindingen:

  • Stabilisatie van personeelstekorten: Het personeelstekort in de kinderopvangsector is gestabiliseerd, waardoor ouders nu minder lang hoeven te wachten op een plekje voor hun kind.
  • Toekomstige tekorten: Volgens schattingen blijft er tot en met 2026 een tekort van zesduizend medewerkers, maar vanaf 2027 wordt verwacht dat de tekorten weer zullen groeien.
  • Focus op gastouderopvang: Terwijl het aantal vacatures in de kinderopvang afneemt, is er wel een stijging in het aantal ouders dat lang moet wachten op een plekje bij gastouderopvang. Het ministerie wil onderzoeken waarom het aantal gastouders afneemt en hierop actie ondernemen.

Analyse van de personeelstekorten

Overzicht personeelstekort in de kinderopvangsector

Uit recente gegevens blijkt dat de personeelstekorten in de kinderopvangsector zijn gestabiliseerd, maar nog steeds een uitdaging vormen. Momenteel wacht nog steeds een op de zeven ouders langer dan drie maanden op een plek voor hun kind. Hoewel het aantal vacatures in de sector is afgenomen, blijft er tot en met 2026 een tekort van zesduizend medewerkers.

Voorspellingen tot en met 2033

Volgens voorspellingen van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zal het tekort aan personeel in de kinderopvangsector in de gunstigste scenario’s toenemen tot 19.500 medewerkers in 2033. In het slechtste geval kan het tekort oplopen tot maar liefst 41.900 mensen.

Dit heeft deels te maken met plannen om kinderopvang bijna gratis te maken, waardoor de vraag naar opvang zal stijgen. Het is van essentieel belang om samen met de sector oplossingen te ontwikkelen om nieuw personeel aan te trekken en huidige werknemers te behouden om de toekomstige tekorten te ondervangen.

Maatregelen en oplossingen

Strategieën voor het aantrekken van nieuw personeel

Om het personeelstekort in de kinderopvang aan te pakken, zijn er verschillende strategieën die kunnen worden toegepast. Het is essentieel om aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden te bieden en een goede werksfeer te creëren om nieuwe medewerkers aan te trekken. Daarnaast kunnen wervingscampagnes en samenwerkingen met scholen en opleidingsinstanties helpen om nieuw talent aan te trekken en op te leiden tot gekwalificeerd personeel.

Het behouden van huidige werknemers

Het behouden van huidige werknemers is net zo belangrijk als het aantrekken van nieuw personeel. Het is van essentieel belang om te investeren in de ontwikkeling en groei van huidige medewerkers, bijvoorbeeld door bijscholing en trainingen aan te bieden.

Ook aandacht voor een goede werksfeer en werkdrukverlichting kan bijdragen aan het behouden van gekwalificeerd personeel in de kinderopvangsector. Het is belangrijk om te blijven monitoren en aanpassingen te maken waar nodig om het personeelsverloop te verminderen.

Wachttijden voor kinderopvangplaatsen

Huidige wachttijden bij verschillende vormen van kinderopvang

Op dit moment wachten ouders minder lang op een kinderopvangplaats. In het laatste kwartaal van 2024 geldt een wachttijd van maximaal een maand voor 62 procent van de ouders die hun kind naar een kinderdagverblijf willen brengen. Bij de buitenschoolse opvang (bso) en gastouderopvang ligt dit percentage zelfs nog hoger, respectievelijk 75 procent en 76 procent.

Trends en veranderingen in de wachttijd

Er zijn positieve ontwikkelingen in de wachttijden voor kinderopvangplaatsen, met een daling van ouders die langer dan drie maanden moeten wachten. Bij kinderdagverblijven geldt dit voor 15 procent van de ouders en bij de bso voor 12 procent. Alleen bij gastouderopvang is er een lichte stijging te zien, waar 12 procent van de ouders nu langer dan drie maanden moeten wachten, tegenover 7 procent een jaar eerder.

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zal onderzoeken wat de oorzaak is van de afname van het aantal gastouders, in de hoop om deze trend te kunnen omkeren. Hiermee wordt gestreefd naar verdere verbetering van de wachttijden voor kinderopvang.

Gastouderopvang in de kijker

Afname van het aantal gastouders

Uit recente gegevens blijkt dat er een zorgwekkende afname is van het aantal gastouders in de kinderopvangsector. In het eerste kwartaal van 2023 hoefde slechts 7 procent van de ouders langer dan drie maanden te wachten op een plek bij een gastouder, tegenover 12 procent in het laatste kwartaal van vorig jaar. Deze trends zijn zorgelijk en vragen om actie vanuit beleidsmakers en de sector.

Gepland onderzoek naar oorzaken

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft aangekondigd een onderzoek te starten naar de oorzaken van de afname van het aantal gastouders. Het doel is om inzicht te krijgen in de factoren die hieraan bijdragen en op basis daarvan passende maatregelen te treffen. Het is van cruciaal belang om het tij te keren en ervoor te zorgen dat er voldoende gastouders beschikbaar blijven voor ouders die opvang nodig hebben.

Conclusie

Samenvatting van de belangrijkste bevindingen

Uit recente gegevens blijkt dat de personeelstekorten in de kinderopvangsector gestabiliseerd zijn, met een afname van het aantal vacatures. Dit heeft geleid tot kortere wachttijden voor ouders, maar toch moet nog altijd een op de zeven ouders langer dan drie maanden wachten op een plek voor hun kind. Er wordt verwacht dat het tekort aan medewerkers tot en met 2026 op 6.000 blijft, maar vanaf 2027 weer zal toenemen, voornamelijk door plannen om de kinderopvang bijna gratis te maken.

Vooruitzichten voor de toekomst van de kinderopvangsector

De prognose voor de toekomst van de kinderopvangsector laat zien dat het tekort aan medewerkers tegen 2033 kan toenemen tot 19.500 in het gunstigste geval en zelfs tot 41.900 in het slechtste scenario.

Het is van groot belang dat het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid samen met de sector oplossingen bedenkt om nieuw personeel aan te trekken en huidige werknemers te behouden, met name gezien de verwachte groei in vraag naar kinderopvangdiensten.

Veelgestelde vragen

V: Hoe zit het met de vacatures in de kinderopvang?

A: Het aantal vacatures in de kinderopvangsector is afgenomen, wat wijst op stabilisatie van het personeelstekort.

V: Wat zijn de verwachtingen voor de personeelstekorten in de kinderopvang tot 2033?

A: Volgens schattingen zal er tot en met 2026 een tekort aan zesduizend medewerkers blijven bestaan. Vanaf 2027 wordt verwacht dat de tekorten weer zullen groeien. In het gunstigste geval zal het tekort in 2033 toenemen tot 19.500 medewerkers, in het slechtste geval 41.900.

V: Hoe lang moeten ouders gemiddeld wachten op een plekje voor hun kind in de kinderopvang?

 

A: In het laatste kwartaal van 2024 moest ongeveer een op de zeven ouders nog langer dan drie maanden wachten voordat hun kind terecht kon op de opvang. De gemiddelde wachttijd is voor kinderdagverblijven 15 procent, voor de buitenschoolse opvang 12 procent en voor gastouderopvang 12 procent.