Menu

Aankomende veranderingen van de drie-uursregeling binnen kinderopvang

De aanstaande versoepeling van de drie-uursregeling wordt per 1 juli 2023 in Nederland doorgevoerd. Volgens houders gaat deze versoepeling juist gepaard met een forse verzwaring van de administratieve lasten. Hoe zit dit precies?

Volgens deze houder zou er met de versoepeling van de drie-uursregeling een urenregistratie met begin-, eind- en pauzetijden van de pm’ers op de groep bijgehouden moeten gaan worden, én presentielijsten van de kinderen met aankomst- en vertrektijden. In de Nota van toelichting van de internetconsultatie drie-uursregeling vinden we op pagina 9 hierover de volgende tekst:

‘In het Besluit kwaliteit kinderopvang worden twee artikelen ingevoegd, artikel 7a en artikel 16a. Deze artikelen regelen voor de dagopvang respectievelijk de buitenschoolse opvang hoe de houder voor een stamgroep aantoont dat er aan de BKR wordt voldaan en aan de drie-uursregeling. Dat doet de houder door middel van de actuele roosters van beroepskrachten, inclusief pauzetijden, en presentielijsten van kinderen, inclusief aankomst- en vertrektijden. De actuele roosters verwijzen naar de daadwerkelijk uitgevoerde roosters van beroepskrachten. Deze uitgevoerde roosters bevatten de definitieve begin- en eindtijd met daarbij de pauzetijden van beroepskrachten. De presentielijsten van kinderen zijn lijsten waarin een beeld wordt gegeven van wanneer er hoeveel kinderen aanwezig waren in de opvang.

De reden voor deze toevoeging is dat de houder, om af te kunnen wijken van het minimaal aantal vereiste beroepskrachten, moet kunnen aantonen op welke momenten is afgeweken. Het staat de houder vrij om te kiezen wanneer er van de BKR wordt afgeweken, zo lang dit op schrift aantoonbaar kan worden gemaakt. Aan de hand van de roosters en presentielijsten kan worden vastgesteld op welke momenten wordt afgeweken van de BKR en of dit ten hoogste 3 uur op een dag betreft. Deze gegevens zijn van belang voor de toezichthouder om te kunnen controleren of is voldaan aan het minimaal aantal vereiste beroepskrachten.’

Hoe zit het?

Met name deze zin springt eruit: ‘De actuele roosters verwijzen naar de daadwerkelijk uitgevoerde roosters van beroepskrachten. Deze uitgevoerde roosters bevatten de definitieve begin- en eindtijd met daarbij de pauzetijden van beroepskrachten.’  Dit klinkt inderdaad vrij ingewikkeld en doet het overkomen alsof er gedurende de dag van iedereen genoteerd dient te worden wanneer hij of zij op de groep staat.

BK en BMK positief over versoepeling

Zowel de BK als de BMK zijn positief over een versoepeling van de drie-uursregeling. ‘Wij kunnen ons vinden in het concept om de exacte tijden dat wordt afgeweken van de BKR niet meer op te nemen in het pedagogisch beleidsplan’, aldus de BK. ‘Wij herkennen namelijk de knelpunten die de huidige drie-uursregeling met zich meebrengt.’

BMK-leden vinden een algemene regel van maximaal drie uur afwijken verstandig, maar de drie-uursregeling in de huidige vorm heeft geen positieve invloed op kwaliteit. Loes Ypma, voorzitter BMK: ‘Wij geloven dat deze versoepeling zeker een verbetering is omdat hierdoor meer ruimte voor de pedagogisch professionals in de praktijk ontstaat en dat is in het belang van het kind. Het is belangrijk om in de kinderopvang regels op te stellen op basis van vertrouwen. De vraag wordt nog te vaak gesteld: hoe kunnen we ervoor zorgen dat houders bewijzen dat ze geen misbruik maken van de regels? Onze maatschappelijke kinderopvangorganisaties hebben hetzelfde uitgangspunt als het Rijk, de gemeente en de toezichthouders, namelijk: kwalitatief de best mogelijke kinderopvang bieden. We bieden graag inzicht in hoe we te werk gaan. En we willen graag toezicht dat met ons meedenkt en ons scherp houdt en de dialoog aangaat. Zo versterken we gezamenlijk de kwaliteit.’

Kritische punten

Wel hebben beide partijen nog wat kritische punten ten aanzien van het huidige wetsvoorstel. De BK: ‘Het registreren van de aankomst- en vertrektijden wordt op dit moment niet door alle houders uitgevoerd. Vooral voor kleine organisaties en organisaties die handmatig de tijden moeten vastleggen, zal het registreren van de tijden als een extra belasting worden ervaren. Houders vrezen voor de arbeidsintensiviteit van deze extra administratieve taak en willen graag een alternatief.’

De Brancheorganisatie Kinderopvang is daarom voorstander van het idee om de houder zelf te laten kiezen of de tijden worden geregistreerd. ‘De houder doet daarmee afstand van de eerste minuten (vaak een kwartier tot een half uur) na de openstelling, dat met 50 procent van de beroepskrachten ook aan de BKR wordt voldaan. Indien voor deze optie wordt gekozen is het met het actuele rooster mogelijk aan te tonen dat van de BKR wordt afgeweken tot het moment dat de personele bezetting 100 procent is. Wanneer deze keuzemogelijkheid niet wordt overgenomen door SZW voorzien wij dat er voor aan aantal houders inderdaad een grote administratieve last ontstaat.’

Inzicht door bestaande middelen

De BMK heeft naar eigen zeggen uitgebreid gesproken met o.a. het Ministerie SZW, GGD GHOR, VNG, IvhO, en samen onderzocht hoe je de invulling van de drie-uursregeling inzichtelijk kunt maken. Loes Ypma: ‘Dit inzicht kan geboden worden aan Toezicht door bestaande middelen, bijvoorbeeld het pedagogisch plan, personeelsbeleid, de roosters, kindplanning, gemiddelde pauzetijden en overlegmomenten en presentielijsten. Overzichten die houders (elk op hun eigen manier) nu ook al bijhouden. Daar moet wat BMK betreft geen apart administratiesysteem voor worden opgetuigd. Alle kinderopvangorganisaties hebben dat op de eigen manier goed inzichtelijk. (…) Wij zien dit als een eerste stap op weg naar ‘regels op basis van vertrouwen’.’

Haal- en brengmomenten te druk

Bovendien zijn de haal- en brengmomenten in de kinderopvang altijd drukke momenten, laat de BK weten. ‘Kinderen hebben aandacht nodig en ouders moeten te woord worden gestaan. Daardoor is het in de praktijk niet altijd mogelijk om precies op het moment dat een kind aankomt/vertrekt het exacte tijdstip te registreren. Vaak zal met enige vertraging een aantekening van het geschatte tijdstip worden geregistreerd. We verzoeken de toezichthouder met deze marge rekening te houden.’

De BK interpreteert de tekst overigens niet zo dat de exacte pauzetijden van de medewerkers op de dag zelf geregistreerd moeten worden. ‘De administratieve last die het wetsvoorstel met zich meebrengt komt voort uit het moeten aanleveren van de actuele roosters van beroepskrachten, inclusief pauzetijden, en presentielijsten van kinderen, inclusief aankomst- en vertrektijden. Er is dus geen sprake van een urenregistratie van de medewerkers. Het actuele rooster is voldoende. Houders beschikken nu al over een vorm van een rooster (inclusief pauzetijden).’

Zo min mogelijk rompslomp

De branchepartijen zijn het er dus over eens dat er zo min mogelijk administratieve rompslomp bij moet komen. Maar hoe de versoepeling van de drie-uursregeling daadwerkelijk uitgevoerd zal gaan worden, is nog even afwachten…

Bron: KinderopvangTotaal